Het Nationaal Programma Onderwijs is in 2021 in het leven geroepen zodat scholen extra middelen ter beschikking hebben om, de door Covid-19 crisis opgelopen, vertragingen en achterstanden aan te pakken. De overheid trekt de komende tweeënhalf jaar nog eens 8,5 miljard euro uit waarmee onderwijsinstellingen, gedurende schooljaar 22-23, 23-24 en 24-25, interventies uit de menukaart kunnen blijven financieren. Dit hoeven niet dezelfde interventies te zijn als de in 2021 gekozen interventies. Scholen dienen ieder kalenderjaar via hun jaarverslag te verantwoorden hoeveel geld er is ingezet en waaraan zij het geld hebben besteed. Omdat de subsidie een lumpsumbekostiging betreft zit er geen terugbetalingsregeling aan gekoppeld en mogen scholen het restant na schooljaar 24-25 naar eigen inzicht besteden aan een activiteit waar zij al voor bekostigt worden.
De menukaart bestaat uit:
A | Meer onderwijs (binnen of buiten reguliere schooltijden) om bij groepen leerlingen kennis en vaardigheden bij te spijkeren. |
B | Effectievere inzet van onderwijs om kennis en vaardigheden bij te spijkeren. |
C | Sociaal-emotionele en fysieke ontwikkeling van leerlingen. |
D | Ontwikkeling van de executieve functies van leerlingen. |
E | (Extra) inzet van personeel en ondersteuning. |
F | Faciliteiten en randvoorwaarden. |
Wanneer een school(bestuur) is aangesloten bij een administratiekantoor kan het voorkomen dat ook de letter G of T gebruikt wordt. De letter G kan gebruikt worden voor reserveringen die gemaakt zijn voor transitievergoedingen aan tijdelijk personeel. De letter T kan gebruikt worden om kosten voor een eventueel toegekende arbeidsmarkttoelage op te boeken.
De meeste scholen hebben ervoor gekozen om deze indeling ook te verwerken in de administratie waardoor gemaakte kosten makkelijk te koppelen zijn aan de menukaart en daardoor goed te verantwoorden zijn. Sommige scholen kiezen ervoor dit buiten de boekhouding te registreren in een Exceldocument. Welke wijze er ook gekozen is; uiteindelijk hebben alle scholen de eerste verantwoording over kalenderjaar 2021 moeten indienen via hun jaarverslag. Het Nationaal Programma Onderwijs is namelijk aangemerkt als een ‘maatschappelijk thema’. Door de sectorraden werd geadviseerd om het niet bestede deel van de NPO-gelden op te nemen in een bestemmingsreserve binnen het eigen vermogen zodat in één oogopslag zichtbaar is hoeveel geld er nog beschikbaar is. De jaarverslagen over 2021 zijn voor een ieder in te zien via de website van de desbetreffende school/koepelorganisatie of bestuur. Publicatie van de jaarrekening is verplicht vóór 1 juli 2022.
Twee aandachtspunten die niet altijd scherp op het netvlies staan:
- De GMR heeft instemmingsrecht voor de middelen die bovenschools zijn ingezet.
- Kiest een school er voor om geld te besteden aan activa zoals leermiddelen en ICT dan zijn alleen de afschrijvingskosten die gedurende de looptijd van NPO worden gemaakt gedekt. Incidenteel korter af gaan schrijven om zoveel mogelijk kosten onder NPO weg te schrijven is niet toegestaan en zal, afhankelijk van het accountantskantoor, opgemerkt worden tijdens de jaarrekeningcontrole.
De bekostiging voor schooljaar 2022-2023 is te berekenen aan de hand van een informatietool die, gratis en openbaar, te downloaden is via deze link.
Voor meer informatie over de arbeidsmarkttoelage, klik hier!